Gisteren werd op de slavernijherdenking in het Amsterdamse Oosterpark de aankondiging van de toespraak van vicepremier Asscher onderbroken door een groep jonge Afro-Nederlandse mannen en vrouwen. Het was een georganiseerde en geweldloze interventie die het verloop van het programma niet verstoorde. Nederland kan meer van dit soort acties verwachten, zeker zo lang de zorgen van de zwarte gemeenschap niet worden erkend.
Laten wij , Nederlanders van alle kleuren en gezindten, werken aan een gezamenlijke toekomst met gelijke kansen. Hieronder de tekst die tijdens de interventie werd uitgesproken.
Vicepremier Lodewijk Asscher mag niet spreken!
Wij staan hier vandaag met het grootst mogelijke respect en eerbied voor onze voorouders. Wij staan hier voor Anton, Boni, Tula, Baron, Sophie, Joli-coeur, Tata, Karpata, Toussaint, Nanny en de talloze onzichtbare strijders en slachtoffers van de Nederlandse rijkdom en welvaart. Wij zijn hier om ervoor te zorgen dat er geen vreemde adem hun herdenking betreedt. Minister Lodewijk Asscher vertegenwoordigt de Nederlandse regering: dezelfde regering die de zwarte gemeenschap respectloos behandelt, geen nationale herdenking wil, VN verdragen naast zich neerlegt en zich niets van aantrekt van de pijn en zorgen van de zwarte gemeenschap.
Wij zijn hier vandaag om te voorkomen dat vice-premier Lodewijk Asscher namens de Nederlandse regering onze voorouders nog langer beledigt met loze woorden. En al helemaal niet op de dag dat wij hun strijd en leed herdenken. Alleen een zwak volk laat zo´n vernedering toe. Wij zijn niet zwak.
Op 1 juli 1863 werd de slavernij in Nederlandse koloniën op papier afgeschaft (in de praktijk 1873), maar de erfenis is nog steeds zichtbaar. Alledaags racisme, discriminatie en uitsluiting zijn aan de orde van de dag en zorgen voor structurele ongelijkheid op de arbeidsmarkt en in het onderwijs. De keiharde cijfers liegen er niet om en vertellen ons het verhaal over schooluitval, over achterstand op de arbeidsmarkt, over armoede, over bestuurders op scholen en universiteiten, over een discriminerend politiekorps, over aanhoudende meldingen van racisme en ga zo maar door. Behalve deze achterstanden moeten wij nog altijd vooruit in wetgeving en politiek.
Deze cijfers zijn destructief, en drukken als een loden last op onze gemeenschap. Wij zijn trots op de generaties die voor ons hebben gestreden. Van ons mag niet minder verwacht worden. Genoeg is genoeg en ons geduld is op. De huidige politiek en wetgeving zijn er niet op uit om een status-quo te doorbreken die niet voor ons werkt. Een status-quo vol scheve verhoudingen geërfd uit een koloniale tijd mogen we niet doorgeven aan onze kinderen, Nederlandse kinderen. Onze generatie gaat een nieuw pad bewandelen. Wij zullen een voorbeeld zijn voor onze nakomelingen, zoals onze Afrikaanse voorouders een strijdbaar voorbeeld voor ons zijn geweest. Wij weten wat rechtvaardigheid is, wij weten hoe gelijke kansen eruit zien en wij weten wat er hersteld moet worden. Op wie wachten wij nog om het voor ons te doen?
De politiek neemt ons nauwelijks serieus en komt niet voor ons op. Na jaren van protest, demonstraties en dialoog tegen Zwarte Piet zegt premier Rutte nog steeds: “Zwarte Piet is Zwart, daar kan ik niks aan doen”. Na jarenlang dialoog, protest en een rechtszaak zegt de burgemeester: “Geef Zwarte Piet nog 10 jaar zodat we eraan kunnen wennen”. Net zoals de koloniale overheid op 1 juli 1863 vond dat de tot slaaf gemaakte nog 10 jaar moesten wachten op hun echte vrijheid. Wij wachten al 151 jaar lang op gerechtigheid en respect, de tijd van wachten is voorbij. Vandaag eisen wij deze op!
De Trans-Atlantische slavernij is door de VN uitgeroepen tot een misdaad tegen de menselijkheid, gedreven door een ideologie besmet met racisme, uitsluiting en uitbuiting. Laat Nederland daar openlijk afstand van nemen. Hoe doe je dat? Niet alleen met excuses, spijt en berouw, maar óók met daden. En als de meerderheid in Nederland niet in staat is om te vechten voor een harmonieuze samenleving, zullen wij het zelf moeten doen. Wij moeten daadkrachtig optreden totdat Nederland de plicht op zich neemt om net zoveel aandacht te schenken aan het
gedeeld verleden als alle andere traumatische verledens. Onze generatie zal niet langer over zich heen laten lopen, zal niet langer buigen en zal de zwarte gemeenschap in Nederland niet in de steek laten wanneer zij ons nodig heeft. Alle vorige generaties kijken toe hoe deze generatie het pad voorbereidt voor de volgende generatie. Een pad naar rechtvaardigheid, een pad naar gelijke kansen en een pad naar herstel.
Onze generatie heeft lang genoeg stilgestaan. Stilstaan zal Nederland het respect en het fatsoen niet te geven dat verloren is gegaan door jarenlang slavernij en kolonialisme. Wij zijn het zat om als tweederangsburgers behandeld te worden en wij zijn het zat om er alleen toe te doen als Nederland ons goed genoeg vindt. Het is tijd om op te staan. Tijd om voor onszelf op te komen. Wij luiden een nieuw tijdperk in. Wij zijn Nederlanders net als iedere andere Nederlander en we eisen met hetzelfde respect behandeld te worden.
Totdat dat is geschied staan wij niet toe dat vicepremier Lodewijk Asscher hier vandaag als vertegenwoordiger van de Nederlandse regering komt spreken!
Foto: Johan Jansen